Suikerziekte of diabetes mellitus betekent dat het bloedsuiker (glucose) aanhoudend verhoogd is. Bij deze ziekte heeft het dier onvoldoende van het hormoon insuline waardoor er problemen ontstaan met het glucosegehalte in het lichaam. Door het gebrek aan insuline kan glucose niet goed worden opgenomen in de cellen. Hierdoor ontstaan verschillende afwijkingen in het lichaam en wordt het dier ziek. In deze informatiebrief lichten we daarom toe wat suikerziekte betekent voor uw huisdier en voor u.

Achtergrond

Suikerziekte kan op verschillende manieren ontstaan. Dit worden de verschillende types van diabetes genoemd, vergelijkbaar met dezelfde ziekte bij mensen.

  • Normaal gesproken wordt insuline gemaakt in de b-cellen in de alvleesklier. Bij diabetes type 1 worden deze cellen vernietigd door het eigen afweerapparaat (auto-immuun). Hierdoor wordt uiteindelijk te weinig insuline aangemaakt. Deze vorm van suikerziekte wordt vooral gezien bij
  • Bij diabetes type 2 leiden lichamelijke inactiviteit en overgewicht tot een verminderde gevoeligheid van de lichaamscellen voor insuline. Hierdoor moet er steeds meer insuline door de alvleesklier worden aangemaakt om het bloedsuikergehalte binnen de normale grenzen te houden. Deze overproductie leidt tot beschadiging en uitputting van de alvleesklier, waardoor deze uiteindelijk niet meer in staat is om voldoende insuline af te geven en suikerziekte ontstaat. Dit is de meest voorkomende vorm van suikerziekte bij katten (en mensen).
  • Bij diabetes type 3 zijn het andere aandoeningen of medicijnen die suikerziekte in de hand werken. Voorbeelden hiervan zijn het syndroom van Cushing, prednison gebruik, loopsheid bij teefjes t.g.v. het hormoon progesteron en de hormoonziekte acromegalie bij katten.

Symptomen

Als er teveel glucose in het bloed aanwezig blijft, zal via de nieren meer glucose met de urine uitgescheiden worden. Glucose trekt hierbij vocht mee waardoor het dier meer zal plassen en ook meer zal drinken om niet uit te drogen. Aangezien een dier met suikerziekte glucose niet meer goed als brandstof kan gebruiken zal hij of zij meer gaan eten, maar desondanks vermageren. Als de aandoening niet wordt behandeld, verslechtert uiteindelijk de eetlust en conditie met o.a. braken en sloomheid als gevolg.

Diagnose

De genoemde symptomen wijzen in de richting van suikerziekte maar kunnen ook bij andere ziekten voorkomen. De definitieve diagnose wordt dan ook gesteld door urine- en bloedonderzoek. Hiermee worden andere aandoeningen met vergelijkbare symptomen (bijvoorbeeld hyperthyreoïdie bij de kat) tegelijkertijd uitgesloten. Met aanvullend bloedonderzoek kan ook onderzocht worden of een kat de ziekte acromegalie heeft als achterliggende oorzaak.

Behandeling

Een dier met suikerziekte wordt behandeld door het toedienen van insuline. Dit houdt in dat de hond of kat meestal tweemaal per dag (met 12 uur tussentijd) een onderhuidse injectie krijgt. Dit gebeurt thuis door de eigenaar, na een uitgebreide instructie door de dierenarts of paravaterinair assistente (diabetes consulente). Als onderdeel hiervan zullen we u ook uitleggen wat de symptomen van een te laag bloedsuiker zijn. Dit is een mogelijk gevaarlijke situatie die kan ontstaan als een dier bijvoorbeeld slecht eet of braakt, terwijl er wel een insuline injectie is gegeven.

Naast de insuline is het belangrijk om een regelmatig leefpatroon aan te houden m.b.t. activiteit en voeding. Er zijn hiervoor ook speciale diëten ontwikkeld welke veel eiwitten bevatten en weinig koolhydraten. Natvoer is hierbij het beste aangezien dit veel water bevat. Omdat overgewicht suikerziekte in de hand kan werken streven we hierbij naar een gezond lichaamsgewicht, zo nodig door uw dier af te laten vallen onder begeleiding van onze voedingsconsulentes.

Bij teefjes die kort na de loopsheid suikerziekte ontwikkelen is het belangrijk om zo snel mogelijk te steriliseren. Hiermee wordt de bron van het hormoon progesteron weggenomen en de kans bestaat dat dit teefje dan helemaal van haar suikerziekte af komt.

Controle en levensverwachting

De dosering wordt bijgesteld o.b.v. controle van het bloedsuiker. Deze controle kan plaatsvinden op de kliniek door de dierenarts of diabetes consulente. We kunnen u ook zelf leren om thuis met een speciaal metertje het bloedsuiker van uw huisdier te meten. Het voordeel hiervan is dat het in de eigen omgeving gemeten kan worden, dit scheelt ook stress die zeker bij katten invloed kan hebben op de bloedsuikerwaarde. Als eenmaal de juiste dosering insuline is vastgesteld kan het aantal bloedsuikercontroles worden verminderd. Regelmatige controle blijft echter noodzakelijk, aangezien de behoefte aan insuline kan veranderen en een tijdige aanpassing van de dosering in zo’n geval noodzakelijk is.

De levensverwachting van een dier met goed gereguleerde suikerziekte is goed. Voor een goed ingestelde kat geldt zelfs dat diens levensverwachting vergelijkbaar is met die van een gezonde kat. Als type 2 suikerziekte bij een kat tijdig en adequaat wordt aangepakt dan kan hij of zij hier soms zelfs van genezen.